Escalatie van debatten
Debatten in de Tweede Kamer lopen steeds verder uit de hand.
Dat men Baudet c.s. niet in bedwang kan houden is een gevolg
van het feit dat men Wilders gedurende zo’n vijftien jaar zijn gang
heeft laten gaan met het oprekken van normen.
Dit hoofdstuk uit mijn boek Met de Wetenschap van Nu is uit 2010
maar nog steeds actueel.
.
11. Escalatie
.
Politieke temper-tantrums
De man die zijn politieke tegenstanders laf en gestoord noemt, die
twijfel zaait over de onafhankelijkheid van rechters, die het leger wil
inzetten tegen straattuig, die miljoenen mensen Europa wil uitzetten,
reageert zelf vaak als door een adder gebeten op kritiek. Eind 2009 was
hij ziedend op zijn collega’s Pechtold en Van der Laan. Zij hadden kritiek
– Pechtold noemde hem bijvoorbeeld racistisch – en daarmee
werden zij ‘politieke handlangers’ van Mohammed B., de moordenaar
van Theo van Gogh. Met deze slinkse omdraaiing en door te
strooien met het codewoord ‘demoniseren’ wreef Wilders zijn beide
collega’s moreel verwerpelijk gedrag aan. Had deze escalatie voorkomen
kunnen worden? Ik vrees van niet. De-escalatie is alleen mogelijk
als beide partijen af willen dalen op de escalatieladder, en vóór de
verkiezingen zal Wilders daar geen enkel belang in zien.
.
De escalatieladder
De escalatieladder van conflicten heeft negen treden: drie hoofdfasen
met elk drie treden. In escalatiefase 1 gaat het om wrijvingen, heftige
discussies en boze brieven, maar bestaat nog de intentie om problemen
op te lossen. Fase 2 is bereikt als de onderlinge relatie het probleem
wordt. De ander wordt beschimpt, vijandbeelden worden gecreëerd
en het doel verschuift van het oplossen van een probleem naar
het aantonen dat de ander niet deugt. Op de hoogste trede van fase 2
wordt de tegenpartij als moreel verwerpelijk gezien. In fase 3 heeft men
alle respect verloren en moet de tegenpartij ten onder gaan – zonodig
ten koste van zichzelf.
. Vanaf de regeringsverklaring in 2007 zit Wilders vrijwel onafgebroken
in escalatiefase 2. In feite heeft hij de hele kabinetsperiode permanent
campagne gevoerd. Voorstellen, kamervragen, commentaren:
het leek vaak meer bedoeld om aan te tonen dat de anderen niet deugen
dan om tot werkbare oplossingen te komen.
Minister Van der Laan merkte eens op dat als hij in de kamer verscheen
met goed nieuws over de integratie, hij lange gezichten aantrof
in het PVV-vak. Geen wonder, het bestaansrecht van deze partij is
grotendeels gebaseerd op het bestaan van onvrede. Kom dus niet aan
met goed nieuws.
. De andere partijen hebben lang geworsteld met hun reactie op deze
conflictstijl en getracht te de-escaleren door beledigingen te negeren
en te vragen naar oplossingen. Met andere woorden, de boodschap
was: keer alstublieft terug naar escalatiefase 1. Gestimuleerd door alsmaar
gunstiger peilingen is echter het tegenovergestelde gebeurd en is
de aanval steeds persoonlijker geworden. Wilders heeft dat ongestraft
kunnen doen omdat andere partijen bij gelegenheid met hem bleven
samenwerken. Zonder veel consequenties zijn allerlei regels aan de
laars gelapt. De pers heeft ook niet geholpen door elke oprisping uit te
meten en PVV-ers in praatprogramma’s onkritisch te onthalen. Wilders
reageerde als door een adder gebeten op de uitlatingen van Pechtold
en Van der Laan en daarmee was dit conflict aanbeland op de laatste
trede van fase 2.
.
Schatjes en supernannies
Dit patroon doet denken aan het vaste patroon in opvoedprogramma’s
op televisie, zoals het programma Schatjes en het Britse Supernanny.
We zien een compleet ontregeld gezin waarin de kinderen veel te lang
door gejengel hun zin hebben gekregen en zich op een gegeven moment
nergens meer wat van aantrekken. Bij iedere grens die de ouders
proberen te trekken wordt het gejengel opgevoerd, waarna de ouders
toegeven om tenminste even rust te hebben. Wat een kind hieruit
leert is dat gejengel uiteindelijk wordt beloond. Dat gaat zo van kwaad
tot erger, totdat wederzijds wanhoop en haatgevoelens de overhand
krijgen. Op dat punt aangekomen laten de ouders zich feitelijk helemaal
regeren en grijpen af en toe met bruut geweld in om de orde proberen
te herstellen.
. Pechtold en Van der Laan zijn meegegaan naar escalatiefase 2 en
zijn het volk gaan uitleggen op wie zij eigenlijk dreigen te stemmen.
Dat was een logische en noodzakelijke stap, maar het gevolg bleek verdere
escalatie richting fase 3. Alle remmen gingen nu los in de karakteraanval
(‘politieke handlangers van een moordenaar’) en Pechtold
en Van der Laan werden daarmee uitgedaagd om hetzelfde te doen.
Ze zijn er niet ingetrapt, maar een deel van de pers wel, want Van der
Laan werd in interviews gevraagd waarom hij Wilders staatsgevaarlijk
noemt. Zijn uitlating was echter dat je niet meteen moet denken dat er
gevaar is voor de rechtsstaat, maar dat je daar rekening mee moet houden
in het geval de PVV heel groot wordt. Geen vreemde opmerking
als je nagaat wat Wilders zoal te berde brengt over de rechterlijke macht.
.
Decorum
Wie wel eens zo’n supernanny-programma op televisie heeft gezien,
weet hoe verrassend snel een klein aantal vrij eenvoudige regels – mits
consequent gehandhaafd – een ogenschijnlijk uitzichtloze situatie kan
normaliseren. De Tweede Kamer heeft die regels enkele jaren geleden
juist afgeschaft. Het kamerlid Janmaat werd destijds geregeld door de
voorzitter gedwongen om uitspraken terug te nemen en als hij dat weigerde,
werden deze uitspraken toch uit de handelingen geschrapt. Het
schrappen van uitspraken voorkomt natuurlijk niet dat ze op televisie
en internet getoond zullen worden, maar heeft niettemin een symbolische
betekenis. Door het loslaten van die regel vinden debatten
steeds vaker plaats in fase 2 op de escalatieladder, waarin het voornaamste
doel is aan te tonen dat de tegenpartij niet deugt. Veel partijen
doen daar van tijd tot tijd aan mee, de persoonlijke aanvallen vliegen
over en weer.
Jarenlang was de Tweede Kamer een toonbeeld van gezapigheid,
vergeleken met andere parlementen. In het Britse parlement gaat er
het van oudsher hard aan toe, maar de tegenstander blijft ‘the right
honourable gentleman’. Het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden is
nog wel een paar graden erger dan ons parlement – hoewel een aantal
recente debatten hier zich gevaarlijk dicht bij dat niveau afspeelden.
. De rol van supernanny in de Tweede Kamer zou zonodig weer moeten
worden ingevuld door de voorzitter. Onder het mom van vrijheid
van meningsuiting heeft men het decorum laten vallen – ten onrechte.
Natuurlijk moet alles gezegd kunnen worden. Wie een belasting wil
invoeren op het dragen van bepaalde kledingstukken kan dat agenderen.
De term ‘kopvoddentaks’ staat echter een zakelijke discussie in de
weg. De voorzitter dient ervoor te zorgen dat dergelijke formuleringen
worden teruggenomen en uit de handelingen geschrapt. Vervolgens
kan op zakelijke toon de wenselijkheid, wettelijkheid en uitvoerbaarheid
van een dergelijk voorstel worden besproken.
Net als bij ontregelde gezinnen zal het aantrekken van de regels in
eerste instantie leiden tot weigering en een toename van het ongewenste
gedrag. Als gejengel langdurig beloond is, duurt het even voordat
het doordringt dat de regels zijn veranderd. Maar als de regel consequent
gehandhaafd wordt en discussie over de regels afgaat van de
spreektijd, zal het lesje snel zijn geleerd. Kamerleden kunnen buiten
de vergaderzaal zo grof zijn als ze verkiezen. De wijze waarop in de
Kamer wordt gedebatteerd, heeft echter ook symbolische waarde en
een voorbeeldfunctie.
. Zolang de-escalatie onhaalbaar blijkt en men het niet eens kan worden
over herstel van het decorum, is de beste optie alle onconstructieve
voorstellen compleet te negeren. Steek alle energie in het overbrengen
van de eigen visie in plaats van op Wilders te reageren. Het is te hopen
dat de pers daar een beetje aan meewerkt door niet steeds commentaar
te blijven vragen op elke banale oprisping.